Leen Menken is een distributiebedrijf voor gekoelde en bevroren levensmiddelen. Het distributiecentrum zit in Zoetermeer en er is een kleinere hub (centraal uitgiftepunt) in Amsterdam. Eigenaar en oprichter Leen Menken deed het bedrijf twee jaar geleden van de hand. Hij is nog wel betrokken als adviseur en werkt mee aan verschillende projecten, zoals de distributiebox. Door deze box met een zonnepaneel kunnen levensmiddelen langer koel worden vervoerd. Er rijden zo minder vrachtwagens op de weg en dat is weer goed voor het milieu. Leen Menken vertelt ons hier meer over.
Hoe is het idee voor de distributiebox ontstaan?
Distributiebedrijf Leen Menken verspreidt gekoelde en bevroren levensmiddelen, zoals maaltijdpakketten en detoxkuren. Het richt zich vooral op directe verkoop aan consumenten en horeca. “Dit betekent automatisch dat we met relatief kleine orders werken,” vertelt Menken. “Naar speciaalzaken gaan nu eenmaal geen grote ladingen. We leveren vaak minder dan een rolcontainer, of maar een of twee dozen. Dit doen we met wagens met een laadklep, of met gekoelde bussen.”
“Ons werk richt zich op fijnmazige distributie: heel veel kleine leveringen. Hierdoor gaat de deur van die wagen steeds open. Vervolgens zet je weer een warme krat terug. Het is dus een uitdaging om de temperatuur in de bus goed te houden. Daarbij komt dat onze busjes het hele land doorrijden. Soms gebeurt het dat vijf busjes achter elkaar aan naar Zwolle rijden, en daar pas hun eigen kant uitgaan. Dat is zonde. We leveren ook veel in Amsterdam. Daar wordt het in de binnenstad voor een auto steeds moeilijker. Dat wil je liever met een fiets doen. Alleen, je kunt niet de hele route afleggen met de fiets. Een fiets is ideaal voor de laatste meters, maar vijf kilometer met honderd kilo eten op je fiets is een pittige tocht. En niet in de laatste plaats: wij, maar ook onze klanten, willen heel graag dat het allemaal CO2-neutraler en dus milieuvriendelijker wordt. Niemand zit meer te wachten op een oude diesel.”
Wat is een distributiebox en hoe werkt het?
“We hebben de distributiebox bedacht om de koeling in de bus beter onder controle te houden. De box is zo gemaakt dat hij zelfstandig koelt door middel van een groot zonnepaneel. Daarnaast schuiven we er met uitladen elke keer een koude-accu in, waardoor de box wel tot vijftien uur koel blijft. Er kunnen negen boxen op een vrachtwagen, waardoor er maar één vrachtwagen naar Zwolle hoeft te rijden. Hiermee kunnen we heel veel transport van de weg halen. Dat is goed voor de doorstroming en het milieu. Voor leveringen in Amsterdam werkt het net weer anders. We zien dat het best lastig is om met de fiets vanuit onze hub in de Houthavens de binnenstad van Amsterdam te bevoorraden. Daarom willen we een gevulde box in de wijk zetten en de fiets neemt het daar over. We hebben een systeem bedacht waardoor de fietsers de bestellingen veilig uit de box kunnen halen en de klant altijd online kan volgen waar zijn bestelling is.”
Met wie werken jullie samen?
“We werken nauw samen met een Amsterdamse fietskoerier, Foodlogica. Wij doen vanuit ons distributiecentrum de aanvoer, zij zorgen voor de laatste meters. We weten hoe moeilijk het is om dit goed te doen en om goede transportfietsen te regelen. We hebben het zelf geprobeerd, maar dit is echt een vak apart. Er gaat gemiddeld honderd kilo aan producten op zo’n fiets. Daar zijn veel fietsen niet op gemaakt. Foodlogica weet welke fietsen je moet hebben en hoe dit het beste werkt. Daarnaast hebben we veel contact met de gemeente Amsterdam. Zij zijn heel enthousiast. Samen werken we nu aan het opzetten van een proef met de boxen in de wijk.”
Hoe gaat het nu verder?
“De box is nu uit de ‘laboratoriumfase’. Technisch is het best een geavanceerd ding geworden. Er zat veel tijd in het bouwen en testen van de elektronica en de koeling. We laten nu een tweede versie van de box bouwen. Die is bijna klaar om te gaan testen. Dat doen we in Amsterdam. Ik hoop van harte dat deze pilot slaagt en dat dit werkt. Dat zou al zo veel schelen qua verkeer en duurzaamheid. Mijn droom is om te zorgen dat die auto die de stad inrijdt ook emissievrij is, of dat je een uitstootvrij bootje gebruikt. Uiteindelijk is de droom dat het hele proces van a tot z duurzaam wordt.”